Advent is de tijd van hoop en verwachting


Lied

Psalm 19 : 1

De hemel roemt den Heer,
het firmament geeft eer
Hem, die ‘t heelal volbracht.
De dag spreekt tot de dag
van wat zijn hand vermag,
de nacht meldt het de nacht.
Er is geen taal, geen woord,
toch wordt alom gehoord
een wijd verbreide mare.
Geen stem gaat van hen uit,

maar overal verluidt
hetgeen zij openbaren.


Lezing

Johannes 1:19-28

Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’
Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’
Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’
Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’ ‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij.
‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’
Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’
De afgevaardigden die uit de kring van de farizeeën kwamen, vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’
‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, Hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’
Dit gebeurde in Betanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.


Overdenking

Ik weet niet hoe het u gaat met de harde boodschap van gisteravond, wat dat met uw stemming heeft gedaan en met uw verwachtingen van aankomende kerst.
Zelf werd ik er niet vrolijk van. Kan het leven niet weer normaal worden? Voor de tweede keer zijn we nu met kerst in lockdown. Moeten we dan alle gezelligheid maar naar de zomer verplaatsen en elk jaar rond kerst in een soort sociale winterslaap gaan?

Advent is juist een tijd van hoop, en verwachting dat er redding komt. Dit jaar voelen we allemaal de duisternis, de domper van deze lockdown, die als een deken over ons is gelegd. We gaan op weg naar kerst met alle onzekerheid over wanneer er weer licht is na deze tunnel.

De adventstijd kan ons juist in donkere tijden iets leren.
We steken juist in deze donkere tijd van het jaar een licht aan, we versieren ons huis, we vieren de terugkeer van het licht, dat doen we op het donkerste moment van het jaar.
Johannes kon zijn rol vervullen omdat hij weet had van wie na hem zou komen. We kunnen kaarsen aansteken en het huis versieren omdat we weten Wie in onze wereld is gekomen.

Het goede Woord van God is al in de wereld gekomen. Dat wist Johannes. Het Woord was al helder levend, het zal het juk breken en de duisternis verdringen. Daarom kende Johannes zijn rol als roeper in de woestijn en als wegbereider voor Hem die komt. Johannes spreekt van het grote dat komt. Hij geeft ons allemaal de hoop dat de wereld zal worden veranderd door een grotere macht dan zij zelf heeft.

Dat is de rol van Johannes wijzen naar Hem die al in ons midden is, die we altijd opnieuw moeten leren kennen. Daarin is hij ons tot voorbeeld.
Samen met Johannes kunnen we allemaal rustig en zelfverzekerd zeggen: ik ben geen profeet, ik ben geen Messias, ik ben Christus niet, ik ben geen God. Maar ik ben zijn boodschapper.
Zelfs als we Elia of Mozes niet zijn, getuigen we van God door hoe we ons leven leven. Want we delen nu al het leven en alles wat ons daarin overkomt met God. Wie gedoopt is weet zich nu al één met Christus, we zijn kinderen en erfgenamen van God.

We hebben de plicht om deze erfenis van Jezus Christus te delen. Dat doen we door de manier hoe we met elkaar en met de ons opgelegde coronamaatregelen omgaan.
Steken we ook in deze tijd, in onze omgeving, een licht aan dat herinnerd aan het licht dat God in de wereld heeft gebracht? Hoe kunnen we deze dagen transformeren tot door God gevulde dagen. Hoe kunnen we elkaar de warmte van verbondenheid laten voelen waar we afstand van elkaar moeten houden. Hoe kunnen we juist in deze tijd leven als mensen van de hoop.

We kunnen het licht niet uit de grond stampen of het antwoord van de hemel ontcijferen, maar we kunnen luisteren naar zijn Woord dat ons bevrijding belooft als we het met vertrouwen aanvaarden. We hebben met ons leven als taak om een levend getuigenis te zijn van de levende, scheppende kracht van Gods Woord in onze wereld. Ons leven kan een weg bereiden voor anderen om de liefde van God te ervaren. Anderen kunnen dan ervaren dat God niet langer onbekend is, maar gekend en geloofd.

Johannes de Doper roept ons op om ons te bekeren, te heroverwegen, rust te vinden. Die woorden klinken midden in de woestijn van het leven met corona. Advent is de tijd van verandering, een tijd van voorbereiding, een tijd van hoop.
Amen.


Lied

Lied 437 (Gezang 128)

3
Breek, aarde, uit, breek uit in pracht,
dat berg en dal van lente lacht.
O aarde, wek die roze rood,
ontspring, Heer, aan der aarde schoot.

4
Waar blijft Gij toch, o ‘s werelds troost,
die wij verbeiden onverpoosd?
O daal toch uit uw hoog paleis
in ons verloren paradijs.


Gebed

Trouwe God
We danken u voor het licht
Dat U in onze donkere wereld brengt
We bidden U om hoop,
Om kracht en geduld.

We bidden U voor alle mensen
Die zich met alle macht inzetten
In de strijd tegen het virus
Voor hen die moeilijke beslissingen moeten nemen
Voor hen die in de zorg met alle gevolgen
Worden geconfronteerd
Voor hen die de maatregelen moeten handhaven
Schenk hen de kracht en rust en geduld die zij nodig hebben

God we bidden U voor onze samenleving
Dat we met elkaar verbonden blijven
Elkaar blijven steunen
Met begrip en aandacht

God we bidden U voor onszelf
Dat we getuigen worden
van uw goede Woord in deze wereld
dat we leven vanuit de hoop die U ons schenkt

Amen


 

Collecte

De collecte is bestemd voor de ondersteuning van de eigen kerk.
Bij voorbaat hartelijk dank.

Uw gift overmaken naar:
Bankrekening NL43 RABO 0373 7412 51
t.n.v. Evangelisch-Lutherse gemeente Zuid-Nederland
Onder vermelding:
Gift voor het Werk van de Kerk
of
Gift voor Kerkblad en Zondagsbrieven/-video’s


Een goede en gezegende zondag gewenst,
ds. Susanne Freytag