2e Adventszondag

Heb geduld, broeders en zusters! Heb geduld!

Jakobus 5: 7-10

 

De brief van Jakobus handelt over de vraag hoe christelijk te leven. Hoe leef en gedraag je als christen? In dit gedeelte heeft hij het over het geduldig zijn.

Luther beschrijft aanschouwelijk wat geduld betekent:
“Ik moet geduld hebben met de duivel, ik moet geduld hebben met de té radicale christenen (Schwärmer), ik moet geduld hebben met de adelijken, ik moet geduld hebben met de huisgenoten, ik moet geduld hebben met Käte van Bora (zijn vrouw) en er is nog zo veel om geduld mee te hebben dat ik al mijn leven niets anders wil zijn dan geduld.”

Hoe geduldig zijn wij, bent u, ben ik?
Geduld is een schone zaak. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Geduld, heb ik niet altijd; zelfs vaak níet. Dan komt een telefoontje op een moment dat ik met iets anders bezig ben en het kost me moeite om geduldig te luisteren. Of als ouder ben je zo druk met je eigen dingen dat je niet werkelijk luistert naar wat je kinderen je te vertellen hebben. Dat is in een situatie van thuiswerken ook uiterst moeilijk.

Geduld als deugd is uit de mode zou je kunnen zeggen.
Ons leven in deze tijd wordt veel meer door ongeduld bepaald dan door geduld. Alles moet snel en meteen!

Ongeduld is er ook in andere opzichten. Dat zijn b.v. de snelle oplossingen op het werk waar men niet de tijd neemt en werkelijk onderzoekt wat het probleem is. Waardoor er zogenaamde oplossingen worden gekozen die de problemen alleen maar verergeren.

Ongeduld is er ook in relaties. Waar we niet werkelijk meer luisteren naar wat onze vrienden willen vertellen, waar we, wat onze partner op te merken heeft, langs ons heen laten gaan – we hebben het al vaker gehoord – en niet meer wegen zoeken om er samen uit te komen.

Ongeduldig zijn we ook nu in afwachting van het vaccin. Hoe eerder hoe beter. Hebben we het geduld op onze beurt te wachten?

Wil Jakobus nu zeggen dat we heel geduldig moeten zijn en alleen maar moeten afwachten?
Nee: geduld en geduld zijn niet hetzelfde! Er bestaat een passieve, trage, onverschillige vorm van geduld. Dat is een geduld die gewoon alles duldt! Die alles maar goed vindt en zich nergens iets van aantrekt. Die alleen maar afwacht. Hierdoor heeft de geduld in onze tijd zo’n slechte naam gekregen en haar status als deugd grotendeels verloren.

Dit soort geduld bedoelt Jakobus zeker niet! Zo’n geduld is namelijk richtingloos, heeft geen doel. Daarnaast is er een geduld die wel wat verwacht, een geduld vol verlangen. Dit geduld heeft een richting, weet waar het op aankomt.

Dat is wat Jakobus bedoelt: heb geduld tot de Heer komt, blijf geduldig wachten op zijn komst. Die verwachting is in de komst van Jezus al vervuld. In hem kunnen we zien wat Gods bedoeling met deze wereld is en kennen we wat we verwachten.

Heb geduld zodat de goede dingen zich kunnen ontvouwen. Het is een geduld met een oriëntatie op het goede. Geduld hebben betekent vervolgens niet, dat we zelf niets hoeven te doen. Geduld hebben betekent dat we juist goede dingen de kans geven zich te ontwikkelen.

Jakobus gebruikt in zijn brief de vergelijking met een boer: ‘Denk eens aan de boer, die geduldig blijft wachten op de kostbare opbrengst van zijn land’. Die boer heeft zeker ook zijn aandeel in het werk gedaan op het veld.

We zouden kunnen zeggen dat Jezus komst op aarde het zaadje is dat zal groeien tot de oogst aan het einde der tijden. We kunnen ook zeggen dat het geloof een zaadje is dat in ons hart geplant, onze zorg en ons geduld nodig heeft om te groeien en vrucht te dragen.

Het hebben van geduld draagt in zich een spanning van afwachten en verwachten. Zo past deze tekst ook midden in de adventstijd.

Bij deze krachtige oproep om geduldige christenen te zijn of beter gezegd te wórden mogen we niet vergeten dat allereerst God zelf het is die oneindig veel geduld heeft met u en met mij.

God is als een goede boer die alles ervoor doet dat het geloof in ons kan groeien en vrucht kan dragen.

Gods geduld is de bodem waarop geduld kan groeien.

Amen


Schriftlezing

Jakobus 5: 7-10

Heb geduld, broeders en zusters, tot de Heer komt. Denk eens aan de boer, die geduldig blijft wachten op de kostbare opbrengst van zijn land, tot de regens van najaar en voorjaar zijn gevallen. Wees net zo geduldig en houd moed, want de Heer zal spoedig komen. Klaag niet over elkaar, broeders en zusters, want daarmee roept u het oordeel over u af. Bedenk dat de rechter voor de deur staat. Neem een voorbeeld aan het geduldige lijden van de profeten die in de naam van de Heer spraken.


VOORBEDEN

God, we danken u voor uw geduld met ons
U verlangt en hoopt veel van ons
U laat zich niet ontmoedigen
doordat we het zo vaak laten afweten

God
we bidden u voor allen die zich inzetten
voor de ontwikkeling van kinderen,
ouders, leraren, kinderopvangleidsters …
dat ze de groei van de kinderen bevorderen
en hen met geduld begeleiden

God
we bidden u voor uw kerk
dat ze de verwachting van uw komst levend houdt
dat zij een plek mag zijn
waar het geloof in mensen kan groeien
opdat het vruchten draagt
onder ons

God we bidden u ook voor onszelf
Help ons waar we ongeduldig zijn
te vertrouwen op de weg die u met deze wereld
met de mensen gaat
Help ons ook waar ons geduld
een voorwendsel wordt
om niet te doen
wat nodig is.

God heb geduld met ons.

Amen


Zegen

God schenk ons richting met uw woorden
omgeef ons met uw geduld
sta ons bij met uw zegen

de almachtige en barmhartige, de Vader, de Zoon en de Heilige Geest zegene en behoede ons.

Amen


Deze overdenking kunt u nalezen en of downloaden via deze link:\

Zondagsbrief- Overdenking 6 december 2020 – 2e Advent 2020


Collecte

De collecte is bestemd voor de ondersteuning van de eigen kerk.
Bij voorbaat hartelijk dank.

Uw gift overmaken naar:
Bankrekening NL43 RABO 0373 7412 51
t.n.v. Evangelisch-Lutherse gemeente Zuid-Nederland
Onder vermelding:
Gift voor het Werk van de Kerk


Een goede en gezegende zondag gewenst,
ds. Susanne Freytag en ds. Willem Boon