heerlen-kerkDe Lutherse gemeente te Heerlen ontstond na de eerste wereldoorlog met de opkomst van de mijnbouw in het Heerlense. Door het tekort aan geschoolde arbeidskrachten in de regio werden veel arbeiders waarvan een aantal Lutherse was, uit Duitsland aangetrokken. De dichtstbijzijnde Lutherse gemeente was de kleine Duitstalige gemeente in Vaals. Op 16 mei 1920 deed ds. Kupfernagel als dominee intrede. De gemeente in Vaals gaf hem zo weinig werk dat hij ook de zorg van de grote groep Duitssprekende mijnwerkers in Heerlen op zich nam. Hij vestigde zich in Heerlen nadat de kerkenraad in 1925 in een geheime stemming beslist had om de predikantswoning daar te plaatsen.

Na twee verzoeken verleent de Synodale Commissie op 15 juni 1925 toestemming om in Heerlen een filiaalgemeente op te richten onder bepaalde voorwaarden. Zo moest er minstens eens in de maand een preekdienst in het Nederlands gehouden worden en zouden de hoofdgemeente Vaals en filiaalgemeente Heerlen gescheiden gemeenten zijn met één predikant. Vanuit Vaals werd in die tijd ook gepreekt in Brunssum en Waubach. Duits was de voertaal in de gemeente maar de predikanten behoorden tot de Nederlandse Synode.

Op 15 november 1928 keurt koningin Wilhelmina de schenking door Ir. J. Koster goed van een stuk grond aan de Meezenbroekerweg, hoek Vijgenweg in Heerlen met daarop een evangelisatiegebouwtje waarin gekerkt kon worden. In Brunssum bouwen de Staatsmijnen op eigen terrein een houten kerkje aan de Heugerstraat dat in bruikleen wordt gegeven aan de Lutherse gemeente en waarin tot midden 1974 kerkdiensten worden gehouden.

Als in 1932 ds. Kupfernagel emeritaat wordt verleend wil Vaals weer graag een eigen predikant. Om financiële redenen moet echter toch gekozen worden voor een gezamenlijke predikant met standplaats Heerlen. Ds. Fritz Paul August Thoms doet op 25 mei 1933 intrede in de gemeenten Vaals en Heerlen. Tijdens de oorlog worden de preekdiensten in Waubach gestaakt. Tijdens de oorlogsjaren zochten veel gemeenteleden elders hun heil vanwege de Duitse prediking.

Ds. Thoms houdt zijn laatste preek op 3 september 1944 en werd een tijdje geïnterneerd waarna hij naar Amsterdam vertrok. Hij wordt in maart 1948 opgevolgd door ds. Marius Johannes Heijbroek die als eerste Nederlandstalige – predikant met bijzondere opdracht wordt benoemd. Als jong predikant, pas 22 februari 1948 geordineerd, moest hij orde op zaken stellen in de chaotische toestand die tijdens en na de oorlog was ontstaan. Brunssum kende inmiddels een bloeiende gemeente met volle kerken tijdens de erediensten, een vrouwenvereniging, veel catechisanten, een zondagsschool en een kerkkoor.

Ds. Heijbroek blijft tot 1 september 1951 en wordt een maand later opgevolgd door ds. Antonie Jacobus Allan.

Noodkerkje[1] Door de achteruitgang van de gemeente Vaals wordt zij in 1966 opgeheven nadat de kerk al in 1955 buiten werking was gesteld. Heerlen groeit zo uit tot een volwaardige gemeente met wekelijkse diensten in Heerlen en Brunssum.

Bakken[1] Het houten gebouwtje dat als kerk dienst deed was inmiddels bouwvallig geworden zodat er dringend behoefte bestond aan een nieuw kerkgebouw. Eigen middelen had de Gemeente niet, wel schulden en de predikant werd door de Synodale Commissie betaald.

Om fondsen te vergaren werden er allerlei acties gehouden waaronder de “vlaaienactie” onder het motto “u een echte vlaai, zij een echte kerk” de meest bekende werd en landelijk de pers haalde. de_Spiegel[1] In totaal werden meer dan 10.000 vlaaien waarvan de eerste 1000 in de huiskeuken van de dominee zelf, gebakken en door ds. Allan per motorfiets bezorgd of per post verstuurd. [Motorvlaaien] Met de opbrengst werden in 1958 drie autoboxen gebouwd. Via de verkoop van zeep werd het nodige geld bijeen gebracht voor de tweede bouwfase: het zondagschoollokaal naast de kerk dat in de zomer van 1959 klaar kwam. Tijdens de zomermaanden werd het als vakantiehuisje verhuurd.Motorvlaaien[1]

Zo was dan eindelijk de tijd aangebroken voor de eigenlijke kerkbouw. De huuropbrengsten van autoboxen en vakantiehuisje waren voldoende garantie voor het verkrijgen van een hypotheek. Inmiddels was er door de Synode landelijk een inzamelactie georganiseerd voor het bouwen van 5 nieuwe Lutherse kerken, waar Heerlen er één van was. DsAllan_bouwpastoor[1] Samen met een lening van de Lutherse Wereld Federatie kwam er zo een basiskapitaal bijeen van zo’n fl. 50.000,- en kon de bouw naar een ontwerp van architect Meyer gestart worden waarbij het interieur met de natuurstenen versieringen, de kansel, doopvont en het altaar werden ontworpen door Jan Haalboom. Door het succesvolle gebedel van ds. Allan werd dit aangevuld door vele schenkingen: het lood, de dakbedekking, het sanitair, de ramen, de luidklokken, het altaar, de doopvont en de kansel. De bouw zelf werd nagenoeg uitsluitend uitgevoerd door eigen gemeenteleden. Op 17 september 1961 werd de kerk tijdens een plechtige viering ingewijd. terug naar boven

Evangelisch-Lutherse gemeente Zuid-Limburg.
Juli 2007